Droom    Meteor logo

 

 

Home
Up
Esthetiek

 

 

Jules Verne

Mijn moeder las ze voor, die kleine blauwe boekjes met gekrulde gouden letters, vol opwindende gravures. Mijn broertjes en ik, wij konden er geen genoeg van krijgen. Ik vocht tegen de slaap om nog te kunnen horen wanneer het stoomschip in Engeland aankwam en of Phileas Fogg zijn weddenschap had gewonnen en zijn wereldreis binnen tachtig dagen had volbracht. Vaak heb ik het einde van een hoofdstuk niet meer gehoord. En toch was het prachtig, deze kinderdroom.

Het is deze pure dramatiek die de boeken van Jules Verne zo spannend maakt. Hij schrijft in de negentiende eeuw, in de tijd van de industri�le en technologische revolutie, de tijd van het gietijzer en het dynamiet. Er is geen moderne vinding die Verne niet beschrijft en gebruikt in zijn verhalen; allerlei vindingen zoals ruimtevaart en televisie zien op zijn schrijfpapier het eerste licht. Een reusachtig kanon stoot een projectiel uit en mensen maken de eerste reis naar de maan. Kapitein Nemo vaart twintigduizend mijlen in een onderzeeboot om zich te wreken op de Engelsen om hun overheersing van zijn vaderland India. Vijf weken lang zweven ontdekkingsreizigers in een luchtballon boven Afrika. De ontwikkeling van de stoomboot en de stoomtrein maakt het mogelijk om in tachtig dagen rond de wereld te reizen. Ontdekken, verkennen, vechten, genieten: Verne zet elementaire menselijke verlangens op schrift. Een van zijn titels blijft mij altijd bij: Het geheimzinnige eiland, een boek uit 1875. Dat komt alleen al door de dialoog aan het begin, die in mijn geheugen vastzit. Mijn broers kennen die ook nog uit hun hoofd:

Stijgen wij? Neen! Integendeel! Wij dalen! Erger nog, mijnheer Cyrus! Wij vallen! Vijf ballonvaarders voeren een chaotische discussie in hun cabine, terwijl wilde stormen hen heen en weer slingeren. Ze hebben geen houvast meer, geen enkel baken om zich op te ori�nteren. Ze zijn volstrekte slachtoffers van de winden. Onder hen bevindt zich alleen het opgezweepte water van de eindeloze Stille Zuidzee. Als ze al half in het water bungelen en alles voorbij lijkt te zijn, komt land in zicht. Ze weten te landen op een zacht strand.

Eerst zijn ze blij dat ze het er levend vanaf hebben gebracht. Pas een tijd later ontdekken ze dat ze niet teruggekeerd zijn in de beschaafde wereld, maar dat ze op een onbewoond eiland zitten, ver verwijderd van alle scheepvaartroutes. Als een groep moderne Robinson Crusoe's zijn ze op zichzelf aangewezen en moeten ze hun bestaan helemaal van de grond af opbouwen. Er is geen zicht op enige redding of steun van buiten. Maar er is een belangrijk verschil. Anders dan de eerste Robinson hebben ze een steun in hun eigen midden: hun leider Cyrus Smith is ingenieur. Hij was een man, die zowel tot handelen als tot denken in staat was. Hij kent de krachten van de natuur, de eigenschappen van de grondstoffen en de voedingswaarde van de gewassen. Zonder hem waren ze in de verwarde staat van hun noodlanding gebleven. Onder de meest moeilijke omstandigheden bewaart hij steeds zijn kalmte.

 

Het is de ingenieur, zoals hij meestal wordt genoemd, die de leiding heeft. Ze leren stenen en potten te bakken, maken een zonnewijzer en vervaardigen nitroglycerine. Wanneer een van de luchtschipbreukelingen in zijn vestzak een enkele verdwaalde graankorrel vindt, is hij op zijn hoede. Zij willen die korrel teleurgesteld weggooien, maar de ingenieur rekent hen voor dat een graantje tien aren kan vormen die elk minstens tachtig nieuwe korrels dragen en zich zo achthonderd maal kan vermenigvuldigen. Na een paar jaar en evenveel van zulke vermenigvuldigingen hebben ze genoeg tarwe om broden te bakken en houden ze nog over om opnieuw te zaaien. Zo ontwerpen ze onder zijn leiding hydraulische toestellen en blazen ze glas, bouwen ze een boot en een windmolen. Ze wekken elektriciteit op en leggen een telegrafische verbinding aan. Precies vier jaar duurt hun verblijf op het onbewoonde eiland. In die tijd doorlopen ze eeuwen van technische ontwikkeling en ervaren de voordelen daarvan. De arme kolonie komt tot welvaart. Uiteindelijk worden ze gevonden door een reddingsexpeditie en kunnen ze behouden terugkeren naar hun vaderland de Verenigde Staten. Daar blijft het gezelschap pioniers bij elkaar en passen ze hun kostbare ervaringen toe bij de ontginning van woeste gronden in de staat Iowa. De jongste van de vijf, Harbert, vaak de jongen genoemd, was op het eiland in de ban geraakt van de techniek en had het plan opgevat om dat vak te gaan studeren. Hij was overtuigd geraakt dat daar zijn toekomst lag. Onder toezicht van Cyrus Smith voltooit hij zijn studies, uiteraard tot voordeel van de nieuwe kolonie. Met hem had het jongentje dat ik was toen mijn moeder het verhaal voorlas, een identificatiefiguur gevonden. Met hem keek ik mijn ogen uit bij al die vindingen en ontdekkingen. Net als hij wilde ik niets liever dan later ook zulke nuttige en handige dingenontwerpen. Niet alleen de droom van het gebruik van zulke aangename en bevrijdende vindingen was in mij geboren. Ook de droom om er zelf de uitvinder van te zijn, zelf in staat zijn om iets voort te brengen dat zo aangenaam en bevrijdend is. Wat heerlijk om aan de oorsprong te staan van iets wat iedereen verbaast en verbluft. Ik heb een tijd lang gedacht dat ik ingenieur zou worden.